En toen was de nacht zomaar voorbij. Redelijk geslapen is een mooie omschrijving, veel (naar) gedroomd is ook waar. Maar als je je na het dromen weer bewust bent van je veilige nestje, warme lieve vriendje, en grote sterke kusjes-mamma-beer dan kan je rustig weer jezelf worden en blij zijn met eerdergenoemden. Een grrrrroot verschil met de hel van eergister.
Tegen de ochtend ging het slapen zelfs Zonder dromen.
Nog steeds in korte stukjes. In beetjes. En horten.
Maar oooo
Wat kon ik weer van mijn bedje genieten.
En zo hoort het.
Want Nina en haar bedje, dat zijn twee handen op een buik.
Grote vrienden, liefste luvers.
Nu weer gelukkig.
Want als de nacht lang duurt,
of dromen naar is
of wakker een droom lijkt
Dan is een bedje ineens niet zo prettig meer.
Dus nu zit ik nog een beetje te twijfelen.
Het ziet er aantrekkelijk uit, en mn onrust en emoties zijn weer redelijk gezakt.
Na een drukke (en leuke!!!) dag ben ik ook moe.
Maar ja.. wat als..
Toch denk ik dat mijn bedje en ik zo weer èen worden.
:D
Trouwens heeeeeel leuk om vanavond twee oud klas/schoolgenoten terug te zien. Te eten, te praten, en terug te kijken op die tijd. Hoe ieder die anders beleefd had. Hoe het leven hen was vergaan. Om (een beetje) te vertellen hoe het leven mij is vergaan.
En om gewoon te merken dat het Weer gezellig is. En fijn.
Jeej!
vrijdag 26 oktober 2007
donderdag 25 oktober 2007
night-mare
Gaat even helemaal niet goed. Gister hebben ze mn crisis redelijk ondervangen, maar ik ben Heel Erg Bang om weer door de hel van gisternacht te gaan. Ik ben zo onrustig van de angst, maar ook van de emoties die ik zo hard weg probeer te houden, van het vechten. Niet weer alles meemaken, het verdriet voelen van alle jaren in een keer. De pijn die het doet, en alles die het oproept. Het niet weten wat echt is en wat niet, het door elkaar gooien van heden en verleden. Waardoor de lieve stem van vriendje die me probeert te troosten gemixt wordt met verkeerde gruwelijke beelden en het zo'n pijn is dat hij daar is en zegt dat ik stil moet zijn, me neit helpt. Hoekan hij me ook helpen. Dat mijn schoonmoeder die me vasthoud om me te beschermen tegen mezelf zo af en toe doordringt in de beelden en mijn angst, zodat zij door me vast te houden meewerkt aan de horror waar ik in zit. Hoe kan ze me helpen. Mijn lijf is beurs en vol spierpijn van het heen en weer schieten van angst, het krabben, spannen en slaan. Zelfs in mijn onbewustzijn. Om dat maar te voelen en niet de pijn. Ik kan niet nog zo'n nacht. Het is weer zo erg. Ik kan niet meer nog zo'n nacht. Ik ben eht moe.. en ergens ben ik ook nog wel 'bang' voor de gevolgen voor mij.. Ik 'wi'l' mezelf niets aandoen. Maar Zo graag wel. De strijd.
Peuter wel gebeld. Niet doorgezet. Dom.
Maar voelde me ook zo dom om te bellen. Vorige week al gebeld.
Kan geen feest blijven.
Peuter wel gebeld. Niet doorgezet. Dom.
Maar voelde me ook zo dom om te bellen. Vorige week al gebeld.
Kan geen feest blijven.
woensdag 24 oktober 2007
Hekje kapot
Tsja. en toen was er weer even een dipje.
Waar ie vandaan komt? Over het algemeen weet ik het niet.
Van vandaag wel.
Vandaag is het Peuter's schuld.
Duidelijk.
Ik sliep lang, werd wakker, en was wazig en onwerkelijk.
Vriendje reed me naar Peuter, waar ik rustig ging zitten om een goed gesprek te beginnen.
Halverwege het gesprek kwam het op littekens.
Dè lidtekens. Dè lidtekens die ik haar niet durfde te laten zien. (en zo erg zijn ze niet)
Ik kan niet met, en niet zonder.
Ik wil ze kwijt, maar ze horen bij mij.
Ik wil er nooit meer, maar moet zò hard vechten om het niet te doen.
Wil ze weg laten halen, maar ben ook 'bang' voor de blanke huid.. Schoon vel.
Peuter kwam het idee dat ik mijn lidtekens nodig heb om te laten zien wat er gebeurd is. Om te laten zien dat het soms niet goed gaat. Om mensen te helpen herinneren aan wat ik allemaal meegemaakt heb. Misschien vooral ook mezelf.
Toen ik uitlegde dat mn lidtekens voor mij heel erg staan voor dat ik alles Wel overleefd heb, snapte ze dat wel.
Het uitwissen van mn lidtekens zou ergens ook het uitwissen van vroeger zijn. Alsof het allemaal niet bestaan heeft.
Andere mensen huilen of praten om te vertellen hoe naar ze sommige dingen vinden. Ik 'draag' het letterlijk mee.
Dit gesprek, maar vooral haar rake, soms zelfs lieve, woorden deden me veel. Het hekje van mn gevoel begon te wankelen. De eerste emoties kwamen er al overheen dwarrelen.
Tranen.
Op gegeven moment raakte ik zelf erg in de war van alle emoties. Het verdriet deed letterlijk zo-veel pijn. Ik wilde het niet voelen, niet huilen, dus dan vermande ik me weer even. Beet op mn tong, droogde de tranen, maakte een grap. En hoewel de tranen dan meteen doorliepen ging eht wel even. Heel even.
En dan gingen de schouders weer schokken, zij Petuer weer iets, en dan deed het weer pijn. Meer pijn dan een brandwond.
En dit was nog maar een klein stukje van de lawine.
Het lukte me uiteindelijk wel om dit aan te geven bij Peuter. Zij vond het 'goed' en vroeg wat er mis was met gewoon huilen. het niet weg te stoppen, niet af te kappen, niet groot te blijven, maar gewoon te huilen. Net zo lang tot het over was. Wat volgens haar vanzelf zou zijn.
Natuurlijk werd het er niet echt beter op door haar woorden.
De wanhoop kon ik niet goed uitleggen:
ik Kàn dat niet. Echtniet. Heel even huilen, misschien. Maar het voelen, het verdriet voelen... en langere tijd voelen.. nee. De pijn voelen.. Alles wat daarbij hoort...
Ik kan het niet... Ik kan het gewoon niet verdragen.
En dan ga ik gekke dignen doen.
Daar komen zelfmoordpogingen van. Of nieuwe lidtekens.
Toen al, daar in de stoel, dacht ik alleen maar: ik wil snijden nu.. het moet eruit.
Alweer, laten zien wat ik vanbinnen meedraag... mijn uiterlijk maken als mijn innerlijk: kapot. Onooglijk lelijk, eenzaam, afstotelijk en eng.
Toenw as de tijd zo ongeveer om en 'moest' ik ineens weg. En dat was kut. Daar sta je dan. letterlijk alles shakend. bijtend op je wangen, knijpend in alles waar je bij kan om je tranen binnen te houden. Schokkend ademhalend, schouders mee.
Vriend die lief wilde doen, maar dat Kan niet. Dat Kan Ik Niet.
Zo eenzaam. Zo intens alleen.
Zoveel pijn.
En bij ieder woord alleen maar erger. eenzaamer.
Ergens verlangde ik naar een arm van Peuter, maar ik denk niet dat ik het aangekund had.
Ergens wilde ik wel wegkruipen bij vriend, die klaarstond. Maar ik was bang dat ik dan gek zou worden, alles over me heen zou krijgen.
Dat ik zou breken.
Weer dat breken.. Dat is de enige manier om het te omschrijven. Ik zou 'breken'.
Ik was al bezig met breken. er zat een grote scheur in mij. En die deed pijn, die maakte dat ik niet meer helder kon denken, dat mijn bestaan op zijn grondvesten leek te schudden.
Dat nu en gister en 10 jaar geleden een moment leken, met een grote pijn.
In de auto geprobeerd te focussen op de radio. Zo bedaarde ik weer 3 minuutjes, wanhopig gefocussed op elk woord van Koen of Sander (ja 3FM, de Koen en Sander show), maar dan drong het zich weer wanhopig ertussendoor, en kon ik alleen nog maar het laatst gehoorde woord herhalen...
Vriendje vroeg wat ik wilde.. Ik wist het niet. huilen, niets, dit stoppen, maar ook ergens troost, liefde. Ik wilde ergens heel graag naar mn pleegmoeder, maar was te bang.
Voor haar afwijzing, haar reactie, maar vooral ook om dan echt te breken. En hoe zij daarmee om zou gaan.
Uit eindelijk vroeg ik naar schone moeder te gaan. Ze heeft me eerder gezien, bijna gebroken. We hebben het erover gehad.
We gingen.
En ze waren niet thuis.
Daarna weet ik eigenlijk niet veel meer.
Ja ik heb gelegen, gegeten, getraind, gepuzzeld. Het is een waas. De lange lange training was maar net begonnen toen ik alweer omkleedde en hij toch om bleek en de puzzel waar ik al uuren aan zat bleek na 3 minuten al genoeg. Tijd is iets raars.
En nu. Nu zit ik hier.
En nu komt het weer terug.
Het was niet weg, ik was verdoofd ofzo.
Het is er nog. Nog net zo. heel erg zo.
Help.
Help Me
alsjeblieft?
Waar ie vandaan komt? Over het algemeen weet ik het niet.
Van vandaag wel.
Vandaag is het Peuter's schuld.
Duidelijk.
Ik sliep lang, werd wakker, en was wazig en onwerkelijk.
Vriendje reed me naar Peuter, waar ik rustig ging zitten om een goed gesprek te beginnen.
Halverwege het gesprek kwam het op littekens.
Dè lidtekens. Dè lidtekens die ik haar niet durfde te laten zien. (en zo erg zijn ze niet)
Ik kan niet met, en niet zonder.
Ik wil ze kwijt, maar ze horen bij mij.
Ik wil er nooit meer, maar moet zò hard vechten om het niet te doen.
Wil ze weg laten halen, maar ben ook 'bang' voor de blanke huid.. Schoon vel.
Peuter kwam het idee dat ik mijn lidtekens nodig heb om te laten zien wat er gebeurd is. Om te laten zien dat het soms niet goed gaat. Om mensen te helpen herinneren aan wat ik allemaal meegemaakt heb. Misschien vooral ook mezelf.
Toen ik uitlegde dat mn lidtekens voor mij heel erg staan voor dat ik alles Wel overleefd heb, snapte ze dat wel.
Het uitwissen van mn lidtekens zou ergens ook het uitwissen van vroeger zijn. Alsof het allemaal niet bestaan heeft.
Andere mensen huilen of praten om te vertellen hoe naar ze sommige dingen vinden. Ik 'draag' het letterlijk mee.
Dit gesprek, maar vooral haar rake, soms zelfs lieve, woorden deden me veel. Het hekje van mn gevoel begon te wankelen. De eerste emoties kwamen er al overheen dwarrelen.
Tranen.
Op gegeven moment raakte ik zelf erg in de war van alle emoties. Het verdriet deed letterlijk zo-veel pijn. Ik wilde het niet voelen, niet huilen, dus dan vermande ik me weer even. Beet op mn tong, droogde de tranen, maakte een grap. En hoewel de tranen dan meteen doorliepen ging eht wel even. Heel even.
En dan gingen de schouders weer schokken, zij Petuer weer iets, en dan deed het weer pijn. Meer pijn dan een brandwond.
En dit was nog maar een klein stukje van de lawine.
Het lukte me uiteindelijk wel om dit aan te geven bij Peuter. Zij vond het 'goed' en vroeg wat er mis was met gewoon huilen. het niet weg te stoppen, niet af te kappen, niet groot te blijven, maar gewoon te huilen. Net zo lang tot het over was. Wat volgens haar vanzelf zou zijn.
Natuurlijk werd het er niet echt beter op door haar woorden.
De wanhoop kon ik niet goed uitleggen:
ik Kàn dat niet. Echtniet. Heel even huilen, misschien. Maar het voelen, het verdriet voelen... en langere tijd voelen.. nee. De pijn voelen.. Alles wat daarbij hoort...
Ik kan het niet... Ik kan het gewoon niet verdragen.
En dan ga ik gekke dignen doen.
Daar komen zelfmoordpogingen van. Of nieuwe lidtekens.
Toen al, daar in de stoel, dacht ik alleen maar: ik wil snijden nu.. het moet eruit.
Alweer, laten zien wat ik vanbinnen meedraag... mijn uiterlijk maken als mijn innerlijk: kapot. Onooglijk lelijk, eenzaam, afstotelijk en eng.
Toenw as de tijd zo ongeveer om en 'moest' ik ineens weg. En dat was kut. Daar sta je dan. letterlijk alles shakend. bijtend op je wangen, knijpend in alles waar je bij kan om je tranen binnen te houden. Schokkend ademhalend, schouders mee.
Vriend die lief wilde doen, maar dat Kan niet. Dat Kan Ik Niet.
Zo eenzaam. Zo intens alleen.
Zoveel pijn.
En bij ieder woord alleen maar erger. eenzaamer.
Ergens verlangde ik naar een arm van Peuter, maar ik denk niet dat ik het aangekund had.
Ergens wilde ik wel wegkruipen bij vriend, die klaarstond. Maar ik was bang dat ik dan gek zou worden, alles over me heen zou krijgen.
Dat ik zou breken.
Weer dat breken.. Dat is de enige manier om het te omschrijven. Ik zou 'breken'.
Ik was al bezig met breken. er zat een grote scheur in mij. En die deed pijn, die maakte dat ik niet meer helder kon denken, dat mijn bestaan op zijn grondvesten leek te schudden.
Dat nu en gister en 10 jaar geleden een moment leken, met een grote pijn.
In de auto geprobeerd te focussen op de radio. Zo bedaarde ik weer 3 minuutjes, wanhopig gefocussed op elk woord van Koen of Sander (ja 3FM, de Koen en Sander show), maar dan drong het zich weer wanhopig ertussendoor, en kon ik alleen nog maar het laatst gehoorde woord herhalen...
Vriendje vroeg wat ik wilde.. Ik wist het niet. huilen, niets, dit stoppen, maar ook ergens troost, liefde. Ik wilde ergens heel graag naar mn pleegmoeder, maar was te bang.
Voor haar afwijzing, haar reactie, maar vooral ook om dan echt te breken. En hoe zij daarmee om zou gaan.
Uit eindelijk vroeg ik naar schone moeder te gaan. Ze heeft me eerder gezien, bijna gebroken. We hebben het erover gehad.
We gingen.
En ze waren niet thuis.
Daarna weet ik eigenlijk niet veel meer.
Ja ik heb gelegen, gegeten, getraind, gepuzzeld. Het is een waas. De lange lange training was maar net begonnen toen ik alweer omkleedde en hij toch om bleek en de puzzel waar ik al uuren aan zat bleek na 3 minuten al genoeg. Tijd is iets raars.
En nu. Nu zit ik hier.
En nu komt het weer terug.
Het was niet weg, ik was verdoofd ofzo.
Het is er nog. Nog net zo. heel erg zo.
Help.
Help Me
alsjeblieft?
woensdag 10 oktober 2007
Ab-so-luut Niet!
Welja.
Probeer ik eens eerlijk te zijn met Peuter, contact te maken met haar, te onderzoeken, gaat de tijd zo snel om.
Laatste paar weekjes wordt er hard gewerkt door Peuter en Mijzelf. En het resultaat mag er zijn. We onderzoeken, praten, kijken elkaar zelfs aan. Vragen ons af, geven antwoorden en komen tot inzichten en conclusies. Geen wereldschokkende nieuwe dingen, allemaal wel woorden die al lang passen bij wie ik ben.
Angst voor afwijzing, ik-ben-slecht zelfbeeld, bewijzingsdrang, perfectionisme, crisissen, moeite met emoties, machteloosheid bij teveel emoties, moeite met eigen verantwoordelijkheid, afhankelijkheid.
Allemaal begrippen die niet nieuw zijn. Maar wel als je deze bij elkaar in een lange zin met pijlen, komma's en dubbele punten gaat zetten. Het blijkt allemaal samen te hangen.
En eigenlijk blijken veel dagelijkse problemen zo'n beetje hiernaar terug te leiden.
Peuter en ik zaten net zo'n beetje te knikken en peinzend te kijken bij een alweer logisch klinkende verklaring van mijn kant op haar vraag 'welke emotie er hoort bij de paniekerigheid die zo kenmerkend is voor een crisis-met-laten-vallen-van-alle-verantwoordelijkheid' Machteloosheid vooral.. Machteloos omdat ik me zo naar voel en het niet kan laten stoppen. Met al die dingen zit die Nu-Moeten-Stoppen, maar niet weet hoe, en er niet mee verder kan. het niet meer kan zo. Die machteloosheid.
Peuter vroeg zich af wat er zo erg was dan. De gevoelens, de situatie, wat precies. Samen kwamen we eruit dat het vooral de emoties waren, die maken me Gek.
Goh, hoe onverwachts natuurlijk voor iemand met DIS, iemand die weinig Echt contact maakt. Ik heb dus weinig, nu blijkt pas hoe weinig, contact met mijn emoties. Ga continue over mn eigen grenzen heen en verval dan in een crisis omdat dat zoveel emotie oproept dat ik er per direct weer vanaf wil. maar hoe.
Hierop concludeerde Peuter dat ik dus vooral heel veel moeite had met het reguleren van mijn emoties. Toen ik nadenkend knikte, en een twijfelend ja eruitbracht ging ze verder.
'Dat doet me allemaal wel erg aan een persoonlijkheidsstoornis denken'.
'O' Nog niet helemaal onder de indruk van deze woorden.
'Ja...' bedachtzaam, 'moeite met emotieregulatie, weinig eigen verantwoordelijkheid. Dat zijn eigenlijk wel de basisdingen bij een persoonlijkheidsstoornis toch.'
'O' Al wat gealarmeerder. Wie, ik? Nee toch, een ander deel zeker.
Stemmen: A 'Persoonlijkheidsstoornis... Borderline, nacistisch, o wacht, psychopatisch leugenaar! ja. Of hoe het ook heet.' M: 'Ze gelooft je niet. Zie je wel. Ik wist dat ze het allemaal toch niet zou geloven!'. M2 'Nounou, gaat dat niet wat hard. Moeten we niet eerst vragen hoe of wat? O stil nou even, wat zegt ze nou?'
Peuter: 'Je klinkt wat gealarmeerd. Maar je kent zelf de kenmerken van Borderline volgens mij ook wel een beetje? Zwart-wit denken, automutilatie en destructief gedrag, moeite met omgaan met emoties, weinig eigen verantwoordelijkheid, verslavingsgevoelig. Eetstoornisje?.
Stem M: 'Ja hoor, daar komt de aap uit de mouw. Ze gelooft er geen hol van! De trut. Praat lief mee, luistert lief, maar schrijft achter je rug op dat je alles uit je duim zuigt. Borderline.'
Stem N hardop: 'Ehm, ja ehm, betekent dat dan.. Ehm. Ik bedoel, krijg ik dat er dan gezellig bij, of mag ik ruilen?' van binnen: 'borderline? dat is Sera... dat is wel herkenbaar, maar dat is zonder 'delen'. Zonder alles wat Dis is. Borderline is in dit geval een ander woord voor aansteller.. Leugenaar... Is dat wat ze vind? Vind ze me een leugenaar?'
Ondertussen ben ik zelf ook nogal in de war. Borderline. maar al die testen dan, die PO's. Waarom kwam dat er dan niet uit.
Ja, overlap met dis.. of de DIS NAO zoasl het nog staat daar in eht dossier. Nog iets waar ik zelf van merk dat ik kippenvel krijg en dat het bij de andere delen veel oproept. van boosheid tot frustratie tot machteloosheid. In ieder geval een hoop onrust.
Eigenlijk is het hierna tijd.
Allemaal een beetje in onze eigen dingen verdiept gaan we naar huis. Vriendje rijd, ik probeer aantekeningen te maken over het gesprek. Ik merk de stilte, de ongemakkelijkheid in mijn hoofd, de spanning in mijn lijf. Maar echt voelen lukt nog niet.
Onderweg naar huis bel ik even snel Sera. Zodra het woord borderline valt nodigt ze me uit voor een bakkie. Als borderliners onder elkaar. Not dus. Dat borderline dan, want even samen brainstormen is erg fijn.
We praten, googelen, en denken na. Reeel, maar ook gevoelsmatig.
Ik hoor de hoge woorden eruit komen. De angst dat het hele Dis verhaal niet bestaat, dat dat allemaal aanstellerij is. 'maar hoe kan dat dan' hoor en denk ik in stereo. 'Heb ik me dat dan allemaal ingebeeld? En hoe zit het met al die dingen, delen, stemmen, tijd kwijt? ook ingebeeld?'
Paniek in wording, een hoop onrust, beginnende emoties.
Ik merk het, Sera merkt het.
Gezamenlijk besluiten we dat Peuter NU gebeld gaat worden (het is ook geen stijl om dat soort dingen vlak voor eindtijd eruit te flappen!! ;) ). De hulpvraag wordt hoe het zit met het grote B woord, dat ik er heeel veel onrust van krijg en niet goed weet hoe dat te hanteren en of er vrijdag tijd is voor een uurtje onderzoeken hoe het zit met mij, de onrust, en het B woord.
Natuurlijk krijg ik het secretariaat, natuurlijk zit ze nog tijden in de dagsluiting, en vraag ik bibberend of ze door kunnen geven om terug te bellen, ja toch wel beetje dringend.
Als ze belt hoor ik de angst in mijn stem, en merk ik dat ik niet helder kan denken. Voelen? nee.
Met tranen over mijn wangen brabbel ik over ongeloof van dis, of ik nog wel terugkan.
Lief en rustig begint ze meteen een geruststellend verhaal over dat het 2 compleet verschillende dingen zijn. Op 2 assen staan, en los van elkaar staan, maar toch ook niet. (dit om het duidelijk te houden). Dat mensen met Dis bijna altijd ook Borderline erbij hebben, maar dat dat andersom niet geld, dus borderline niet automatisch ook dis inhoud. Ergens klinkt dit logisch, maar als ze dan nog iets geruststellends wil zeggen in de trant van dat een opmerking van haar niet meteen een diagnose inhoud begrijp ik het compleet het verkeerde en schiet de paniek weer hoog terug mijn gerustgestelde keeltje in. Geduldig herhaalt ze het hele verhaal nog een keer, met daarbij dat ze het goed vind dat ik haar dit zeg, en dat ze echt niet denkt dat ik alles uit mijn duim zuig.
Als ik stamelend toegeef dat ik al plannen zat te maken om nooit meer terug te komen en haar plant (waar ik een erg goede relatie mee heb) te ontvoeren en met hem verder te gaan, zegt ze dat ze het fijn vind om dit te weten, dat we het daaar volgende keer over moeten hebben. Met daarbij het advies om, mocht ik verder willen met PlantLief, het Grote-Planten-Lease-Bedrijf te bellen om Plant uit te kopen. Dat zou te doen moeten zijn volgens haar.
Ik denk dat Plant het voorlopig nog maar een tijdje zonder mijn fulltime aandacht moet stellen. Vooral de laatste zin, en haar toon en geduld, maken dat ik het toch nog maar weer proberen ga.
Zeker als ze me dan ook nog zegt dat ze hoopt dat we nu wat geruster zijn, en dat er anders nog maar even over gebeld moet worden, dan helpt ze me wel weer herinneren hoe het zit.
Fijn.
Een Peuter met begrip.
Fijn.
Nieuw ook. Zeker na mijn oude peuter.
Een Peuter met geduld.
ook fijn.
Een Peuter die veel inzicht blijkt te hebben.
Bleek afgelopen tijd.
Minder fijn.
Want hoewel ik het best tof vind om een kwartet te hebben zit ik NIET te wachten op mijn vierde diagnose. Not, njet, nakkes, nada.
DIS, okee.. daar benik nu een beetje aan gewend.
Terug naar DisNAO, angstig. Zit de rest dan in mijn hoofd?
Maar Borderline? Das ronduit zeggen dat ik me aanstel, dat ze me niet gelooft.
Dat is zoooo'n grote angst..
En erbij? Kan dat? Nee. Ik niet. Zo erg is het niet. Het is zo al erg genoeg.
(maar ergens zou het wel een heel mooi labeltje zijn om 'gek zijn' een naam te geven voor aan de buitenwereld. Om het ein-de-lijk eens te kunnen verklaren.)
(maar dat hoeft natuurlijk niet. Want dat heb ik niet. Njet. Nada.)
Probeer ik eens eerlijk te zijn met Peuter, contact te maken met haar, te onderzoeken, gaat de tijd zo snel om.
Laatste paar weekjes wordt er hard gewerkt door Peuter en Mijzelf. En het resultaat mag er zijn. We onderzoeken, praten, kijken elkaar zelfs aan. Vragen ons af, geven antwoorden en komen tot inzichten en conclusies. Geen wereldschokkende nieuwe dingen, allemaal wel woorden die al lang passen bij wie ik ben.
Angst voor afwijzing, ik-ben-slecht zelfbeeld, bewijzingsdrang, perfectionisme, crisissen, moeite met emoties, machteloosheid bij teveel emoties, moeite met eigen verantwoordelijkheid, afhankelijkheid.
Allemaal begrippen die niet nieuw zijn. Maar wel als je deze bij elkaar in een lange zin met pijlen, komma's en dubbele punten gaat zetten. Het blijkt allemaal samen te hangen.
En eigenlijk blijken veel dagelijkse problemen zo'n beetje hiernaar terug te leiden.
Peuter en ik zaten net zo'n beetje te knikken en peinzend te kijken bij een alweer logisch klinkende verklaring van mijn kant op haar vraag 'welke emotie er hoort bij de paniekerigheid die zo kenmerkend is voor een crisis-met-laten-vallen-van-alle-verantwoordelijkheid' Machteloosheid vooral.. Machteloos omdat ik me zo naar voel en het niet kan laten stoppen. Met al die dingen zit die Nu-Moeten-Stoppen, maar niet weet hoe, en er niet mee verder kan. het niet meer kan zo. Die machteloosheid.
Peuter vroeg zich af wat er zo erg was dan. De gevoelens, de situatie, wat precies. Samen kwamen we eruit dat het vooral de emoties waren, die maken me Gek.
Goh, hoe onverwachts natuurlijk voor iemand met DIS, iemand die weinig Echt contact maakt. Ik heb dus weinig, nu blijkt pas hoe weinig, contact met mijn emoties. Ga continue over mn eigen grenzen heen en verval dan in een crisis omdat dat zoveel emotie oproept dat ik er per direct weer vanaf wil. maar hoe.
Hierop concludeerde Peuter dat ik dus vooral heel veel moeite had met het reguleren van mijn emoties. Toen ik nadenkend knikte, en een twijfelend ja eruitbracht ging ze verder.
'Dat doet me allemaal wel erg aan een persoonlijkheidsstoornis denken'.
'O' Nog niet helemaal onder de indruk van deze woorden.
'Ja...' bedachtzaam, 'moeite met emotieregulatie, weinig eigen verantwoordelijkheid. Dat zijn eigenlijk wel de basisdingen bij een persoonlijkheidsstoornis toch.'
'O' Al wat gealarmeerder. Wie, ik? Nee toch, een ander deel zeker.
Stemmen: A 'Persoonlijkheidsstoornis... Borderline, nacistisch, o wacht, psychopatisch leugenaar! ja. Of hoe het ook heet.' M: 'Ze gelooft je niet. Zie je wel. Ik wist dat ze het allemaal toch niet zou geloven!'. M2 'Nounou, gaat dat niet wat hard. Moeten we niet eerst vragen hoe of wat? O stil nou even, wat zegt ze nou?'
Peuter: 'Je klinkt wat gealarmeerd. Maar je kent zelf de kenmerken van Borderline volgens mij ook wel een beetje? Zwart-wit denken, automutilatie en destructief gedrag, moeite met omgaan met emoties, weinig eigen verantwoordelijkheid, verslavingsgevoelig. Eetstoornisje?.
Stem M: 'Ja hoor, daar komt de aap uit de mouw. Ze gelooft er geen hol van! De trut. Praat lief mee, luistert lief, maar schrijft achter je rug op dat je alles uit je duim zuigt. Borderline.'
Stem N hardop: 'Ehm, ja ehm, betekent dat dan.. Ehm. Ik bedoel, krijg ik dat er dan gezellig bij, of mag ik ruilen?' van binnen: 'borderline? dat is Sera... dat is wel herkenbaar, maar dat is zonder 'delen'. Zonder alles wat Dis is. Borderline is in dit geval een ander woord voor aansteller.. Leugenaar... Is dat wat ze vind? Vind ze me een leugenaar?'
Ondertussen ben ik zelf ook nogal in de war. Borderline. maar al die testen dan, die PO's. Waarom kwam dat er dan niet uit.
Ja, overlap met dis.. of de DIS NAO zoasl het nog staat daar in eht dossier. Nog iets waar ik zelf van merk dat ik kippenvel krijg en dat het bij de andere delen veel oproept. van boosheid tot frustratie tot machteloosheid. In ieder geval een hoop onrust.
Eigenlijk is het hierna tijd.
Allemaal een beetje in onze eigen dingen verdiept gaan we naar huis. Vriendje rijd, ik probeer aantekeningen te maken over het gesprek. Ik merk de stilte, de ongemakkelijkheid in mijn hoofd, de spanning in mijn lijf. Maar echt voelen lukt nog niet.
Onderweg naar huis bel ik even snel Sera. Zodra het woord borderline valt nodigt ze me uit voor een bakkie. Als borderliners onder elkaar. Not dus. Dat borderline dan, want even samen brainstormen is erg fijn.
We praten, googelen, en denken na. Reeel, maar ook gevoelsmatig.
Ik hoor de hoge woorden eruit komen. De angst dat het hele Dis verhaal niet bestaat, dat dat allemaal aanstellerij is. 'maar hoe kan dat dan' hoor en denk ik in stereo. 'Heb ik me dat dan allemaal ingebeeld? En hoe zit het met al die dingen, delen, stemmen, tijd kwijt? ook ingebeeld?'
Paniek in wording, een hoop onrust, beginnende emoties.
Ik merk het, Sera merkt het.
Gezamenlijk besluiten we dat Peuter NU gebeld gaat worden (het is ook geen stijl om dat soort dingen vlak voor eindtijd eruit te flappen!! ;) ). De hulpvraag wordt hoe het zit met het grote B woord, dat ik er heeel veel onrust van krijg en niet goed weet hoe dat te hanteren en of er vrijdag tijd is voor een uurtje onderzoeken hoe het zit met mij, de onrust, en het B woord.
Natuurlijk krijg ik het secretariaat, natuurlijk zit ze nog tijden in de dagsluiting, en vraag ik bibberend of ze door kunnen geven om terug te bellen, ja toch wel beetje dringend.
Als ze belt hoor ik de angst in mijn stem, en merk ik dat ik niet helder kan denken. Voelen? nee.
Met tranen over mijn wangen brabbel ik over ongeloof van dis, of ik nog wel terugkan.
Lief en rustig begint ze meteen een geruststellend verhaal over dat het 2 compleet verschillende dingen zijn. Op 2 assen staan, en los van elkaar staan, maar toch ook niet. (dit om het duidelijk te houden). Dat mensen met Dis bijna altijd ook Borderline erbij hebben, maar dat dat andersom niet geld, dus borderline niet automatisch ook dis inhoud. Ergens klinkt dit logisch, maar als ze dan nog iets geruststellends wil zeggen in de trant van dat een opmerking van haar niet meteen een diagnose inhoud begrijp ik het compleet het verkeerde en schiet de paniek weer hoog terug mijn gerustgestelde keeltje in. Geduldig herhaalt ze het hele verhaal nog een keer, met daarbij dat ze het goed vind dat ik haar dit zeg, en dat ze echt niet denkt dat ik alles uit mijn duim zuig.
Als ik stamelend toegeef dat ik al plannen zat te maken om nooit meer terug te komen en haar plant (waar ik een erg goede relatie mee heb) te ontvoeren en met hem verder te gaan, zegt ze dat ze het fijn vind om dit te weten, dat we het daaar volgende keer over moeten hebben. Met daarbij het advies om, mocht ik verder willen met PlantLief, het Grote-Planten-Lease-Bedrijf te bellen om Plant uit te kopen. Dat zou te doen moeten zijn volgens haar.
Ik denk dat Plant het voorlopig nog maar een tijdje zonder mijn fulltime aandacht moet stellen. Vooral de laatste zin, en haar toon en geduld, maken dat ik het toch nog maar weer proberen ga.
Zeker als ze me dan ook nog zegt dat ze hoopt dat we nu wat geruster zijn, en dat er anders nog maar even over gebeld moet worden, dan helpt ze me wel weer herinneren hoe het zit.
Fijn.
Een Peuter met begrip.
Fijn.
Nieuw ook. Zeker na mijn oude peuter.
Een Peuter met geduld.
ook fijn.
Een Peuter die veel inzicht blijkt te hebben.
Bleek afgelopen tijd.
Minder fijn.
Want hoewel ik het best tof vind om een kwartet te hebben zit ik NIET te wachten op mijn vierde diagnose. Not, njet, nakkes, nada.
DIS, okee.. daar benik nu een beetje aan gewend.
Terug naar DisNAO, angstig. Zit de rest dan in mijn hoofd?
Maar Borderline? Das ronduit zeggen dat ik me aanstel, dat ze me niet gelooft.
Dat is zoooo'n grote angst..
En erbij? Kan dat? Nee. Ik niet. Zo erg is het niet. Het is zo al erg genoeg.
(maar ergens zou het wel een heel mooi labeltje zijn om 'gek zijn' een naam te geven voor aan de buitenwereld. Om het ein-de-lijk eens te kunnen verklaren.)
(maar dat hoeft natuurlijk niet. Want dat heb ik niet. Njet. Nada.)
donderdag 4 oktober 2007
Self-fulfilling prophecy
Sta ik onder de douche, een beetje te peinzen over wat Peuter gister zei, komt er ineens van alles door wat erbij hoort, het completer maakt. Grr.
En onder de douche kan je niet schrijven. En als je niet schrijft dan ben je je gedachtes zo weer kwijt, vluchtig als zeepbellen zijn ze. Dus eronderuit en met half uitgespoelde haren zit ik nu hier.
Peuter stelde vast dat ik op zoek was naar afwijzing, dat ik daar iets uithaalde blijkbaar, dat het me iets opleverde. Na kort beraad kwamen we eruit dat het me bevestiging opleverde. De bevestiging dat ik inderdaad niet de moeite waard ben, het verkeerd doe, slecht ben. Die bevestiging levert me weer op dat ik niet hoef te piekeren over het 'waarom'. Want, ouders hadden gelijk: het lag aan mij, kijk maar...
Dat niet piekeren is fijn, het scheelt een enorm conflict van binnen, en het is ergens 'makkelijker' te aanvaarden dan andersom: het lag niet aan mij, maar mijn ouders vonden mij gewoon niets waard. Op een of andere manier doet dat meer met me, dan dat ik ook echt niets waard ben.
Ik wil graag op juiste waarde geschat worden :).
Onder de douche dacht ik ineens dat ik volgens mij niet echt op zoek ben naar afwijzing, ik lok het eerder uit doordat ik er zo bang voor ben.
Hechte/eerlijke sociale contacten waarin ik mezelf laat zien vermijd ik omdat ik bang ben voor afwijzing. (Dat was al een conclusie van vorige week.) Ga ik deze contacten toch af en toe aan, dan ben ik geneigd om regelmatig terug te vallen in het patroon 'afstand afstand, ga weg'.
Dit omdat de angst me dan benauwd.
Juist bij mensen waarmee ik dat contact probeer aan te gaan, mensen die belangrijk voor me (aan het worden) zijn, ben ik er doodsbang voor, zeg maar gerust ervan overtuigd, dat ze me af zullen wijzen. Uiteindelijk.
En ja, dan ga je gekke dingen doen. Want: als ze bezweren dat ze dat niet zullen doen, denk ik 'jaja'. Ik ga het zo'n beetje uitproberen... Is het echt zo? Ik doe nu dit, wordt ik afgewezen? Als ik nu eerlijk zeg... wordt ik afgewezen? En na zo'n dappere bui van 'ik probeer het gewoon' volgt de schaamte en de enorme angst. Want geprobeerd contact te maken. Whaaa. Iemand toegelaten. En die iemand deed aardig terug. Dus, afstand afstand, ga weg.
En das bizar voor mensen die de dag daarvoor nog belast werden met zieleroerselen (in het kader van, ik probeer het gewoon). Dan horen ze ineens een tijd niets meer, of enkel afstandelijke dingen.
En dan kan het ook nog zijn dat ik iets 'eerlijk' probeer aan te kaarten, maar daarbij denk te weten/lezen/observeren dat dat echt een on-ver-geef-lijke fout is. Een Fout.
Ik die iets Fout doe. Oei. Nog zo'n oerangst. Want, fouten bewijzen dat ik slecht ben, het allemaal niet kan, het niet waard ben. Ze bewijzen dat mijn ouders gelijk hadden, en het enige gevolg daarvan kan zijn dat ik mezelf nu voor gek zet, en afwijzing zal volgen. Afwijzing door eigen stomme schuld.
Dus: het net aangekaarte onderwerp waar ik voorzichtig probeerde misschien wel een klein standpuntje te laten zien die ik eventueel wel zou willen vertegenwoordigen als-dat-zo-uitkomt-en-niet-te-lastig-is-hoor wordt ineens een heikel onderwerp. Iets waar je je slecht over moet voelen, over moet schamen. Excuses worden geuit, en een onderdanige rol aangenomen. Voor de ander wordt al verteld dat het logisch is dat hij/zij het helemaal anders ziet, of daar zo'n duidelijke mening over heeft, of waar het dan ook over gaat. Daar kan ik nog heeeeeeeel veel van leren.
En dan staat die ander, die altijd al tussen zieleroerselen en koele begroeting heen en weer geslingerd wordt, weer heel verbaast te kijken. Wat een omslag opeens. En heeft hij/zij dat gezegd dan? (Nee, dat heb ik ervan gemaakt... )
Wat weer frustratie oplevert, onbegrip, en uiteindelijk, als ik lang genoeg dit volhoud, boosheid en afwijzing.
Hoera, een self-fulfilling prophecy.
Vraag blijft nu: Hoe vat ik dit kort samen om dit volgende week in 5 minuten aan Peuter voor te leggen en naar haar mening te vragen...
En onder de douche kan je niet schrijven. En als je niet schrijft dan ben je je gedachtes zo weer kwijt, vluchtig als zeepbellen zijn ze. Dus eronderuit en met half uitgespoelde haren zit ik nu hier.
Peuter stelde vast dat ik op zoek was naar afwijzing, dat ik daar iets uithaalde blijkbaar, dat het me iets opleverde. Na kort beraad kwamen we eruit dat het me bevestiging opleverde. De bevestiging dat ik inderdaad niet de moeite waard ben, het verkeerd doe, slecht ben. Die bevestiging levert me weer op dat ik niet hoef te piekeren over het 'waarom'. Want, ouders hadden gelijk: het lag aan mij, kijk maar...
Dat niet piekeren is fijn, het scheelt een enorm conflict van binnen, en het is ergens 'makkelijker' te aanvaarden dan andersom: het lag niet aan mij, maar mijn ouders vonden mij gewoon niets waard. Op een of andere manier doet dat meer met me, dan dat ik ook echt niets waard ben.
Ik wil graag op juiste waarde geschat worden :).
Onder de douche dacht ik ineens dat ik volgens mij niet echt op zoek ben naar afwijzing, ik lok het eerder uit doordat ik er zo bang voor ben.
Hechte/eerlijke sociale contacten waarin ik mezelf laat zien vermijd ik omdat ik bang ben voor afwijzing. (Dat was al een conclusie van vorige week.) Ga ik deze contacten toch af en toe aan, dan ben ik geneigd om regelmatig terug te vallen in het patroon 'afstand afstand, ga weg'.
Dit omdat de angst me dan benauwd.
Juist bij mensen waarmee ik dat contact probeer aan te gaan, mensen die belangrijk voor me (aan het worden) zijn, ben ik er doodsbang voor, zeg maar gerust ervan overtuigd, dat ze me af zullen wijzen. Uiteindelijk.
En ja, dan ga je gekke dingen doen. Want: als ze bezweren dat ze dat niet zullen doen, denk ik 'jaja'. Ik ga het zo'n beetje uitproberen... Is het echt zo? Ik doe nu dit, wordt ik afgewezen? Als ik nu eerlijk zeg... wordt ik afgewezen? En na zo'n dappere bui van 'ik probeer het gewoon' volgt de schaamte en de enorme angst. Want geprobeerd contact te maken. Whaaa. Iemand toegelaten. En die iemand deed aardig terug. Dus, afstand afstand, ga weg.
En das bizar voor mensen die de dag daarvoor nog belast werden met zieleroerselen (in het kader van, ik probeer het gewoon). Dan horen ze ineens een tijd niets meer, of enkel afstandelijke dingen.
En dan kan het ook nog zijn dat ik iets 'eerlijk' probeer aan te kaarten, maar daarbij denk te weten/lezen/observeren dat dat echt een on-ver-geef-lijke fout is. Een Fout.
Ik die iets Fout doe. Oei. Nog zo'n oerangst. Want, fouten bewijzen dat ik slecht ben, het allemaal niet kan, het niet waard ben. Ze bewijzen dat mijn ouders gelijk hadden, en het enige gevolg daarvan kan zijn dat ik mezelf nu voor gek zet, en afwijzing zal volgen. Afwijzing door eigen stomme schuld.
Dus: het net aangekaarte onderwerp waar ik voorzichtig probeerde misschien wel een klein standpuntje te laten zien die ik eventueel wel zou willen vertegenwoordigen als-dat-zo-uitkomt-en-niet-te-lastig-is-hoor wordt ineens een heikel onderwerp. Iets waar je je slecht over moet voelen, over moet schamen. Excuses worden geuit, en een onderdanige rol aangenomen. Voor de ander wordt al verteld dat het logisch is dat hij/zij het helemaal anders ziet, of daar zo'n duidelijke mening over heeft, of waar het dan ook over gaat. Daar kan ik nog heeeeeeeel veel van leren.
En dan staat die ander, die altijd al tussen zieleroerselen en koele begroeting heen en weer geslingerd wordt, weer heel verbaast te kijken. Wat een omslag opeens. En heeft hij/zij dat gezegd dan? (Nee, dat heb ik ervan gemaakt... )
Wat weer frustratie oplevert, onbegrip, en uiteindelijk, als ik lang genoeg dit volhoud, boosheid en afwijzing.
Hoera, een self-fulfilling prophecy.
Vraag blijft nu: Hoe vat ik dit kort samen om dit volgende week in 5 minuten aan Peuter voor te leggen en naar haar mening te vragen...
dinsdag 2 oktober 2007
Vooruitzicht
Nare laat-op-de-avond reclames! En nee, dan bedoel ik niet de Tell-Sell (die ik nog best grappig vind).
Het is weer veel te laat geworden door het geknutsel met de cadeautjes die ik gistermiddag van 3 ex-collega's kreeg. Ze bleken me beter te kennen dan ik dacht: kaarsen die eruit zien als bonbons, iets met snoepkont erop, kraaltjes-voor-aan-de-spaken-van-je-fiets, en een knuffelbeest. En van de (ex-)chef nog chocoladetaart en prachtbloemen.
Gelukkig had ik ook al gerekend op voor 10 personen taart & drinks en was er dus taart genoeg, en ook alcohol in overschot gezien de alcoholdrinker ziek was.
Al met al een bijzondere en supergezellige middag, waar ik van te voren best wat zenuwachtig over was.
Vandaag lekker uitgeslapen, om bij het opstaan te ontdekken dat poezebeesten de bloemen ook érg mooi vonden. Grom. Beetje gesport, beetje geknutseld, en toen was het alweer zo goed als avond.
Alweer een dag voorbij.
Morgen op tijd (?) op, lessen voorbereiden en wat boodschapjes doen. En dan begint daarna het leven van werken, therapie en trainen weer. Voor 3 daagjes, haha.
In de agenda: Zaterdag shoppen met ex-roomie Flubber. :D Hoe leuk om een man bij je beste vrienden te hebben met wie je on-ein-dig goed kan shoppen. Of snoep uitzoeken. Of gewoon een beetje rondrijden. Eigenlijk bijna alles!
Nu duik ik mijn bedje in. Naast Vriendje. Die was ziek vandaag, de arme ziel. En zonder poezebeesten. Die hebben straf. De bloemen staan op de andere kamer, en poezebeesten zijn boos. Opvoeden, zucht, het is een ondankbare taak. ;)
Het is weer veel te laat geworden door het geknutsel met de cadeautjes die ik gistermiddag van 3 ex-collega's kreeg. Ze bleken me beter te kennen dan ik dacht: kaarsen die eruit zien als bonbons, iets met snoepkont erop, kraaltjes-voor-aan-de-spaken-van-je-fiets, en een knuffelbeest. En van de (ex-)chef nog chocoladetaart en prachtbloemen.
Gelukkig had ik ook al gerekend op voor 10 personen taart & drinks en was er dus taart genoeg, en ook alcohol in overschot gezien de alcoholdrinker ziek was.
Al met al een bijzondere en supergezellige middag, waar ik van te voren best wat zenuwachtig over was.
Vandaag lekker uitgeslapen, om bij het opstaan te ontdekken dat poezebeesten de bloemen ook érg mooi vonden. Grom. Beetje gesport, beetje geknutseld, en toen was het alweer zo goed als avond.
Alweer een dag voorbij.
Morgen op tijd (?) op, lessen voorbereiden en wat boodschapjes doen. En dan begint daarna het leven van werken, therapie en trainen weer. Voor 3 daagjes, haha.
In de agenda: Zaterdag shoppen met ex-roomie Flubber. :D Hoe leuk om een man bij je beste vrienden te hebben met wie je on-ein-dig goed kan shoppen. Of snoep uitzoeken. Of gewoon een beetje rondrijden. Eigenlijk bijna alles!
Nu duik ik mijn bedje in. Naast Vriendje. Die was ziek vandaag, de arme ziel. En zonder poezebeesten. Die hebben straf. De bloemen staan op de andere kamer, en poezebeesten zijn boos. Opvoeden, zucht, het is een ondankbare taak. ;)
Abonneren op:
Reacties (Atom)